
‘Zijn we dit gesprek serieus aan het voeren?’, vraag ik mijn vrouw. ‘Ja, dat zijn we en het is niet te geloven’, zegt ze.
Met enige regelmaat zeggen we tegen elkaar dat we blij zijn dat onze ouders respectievelijk schoonouders dit alles niet meer hoeven mee te maken. En ‘dit alles’ begon ruim drie jaar geleden toen de oorlog in Oekraïne begon. Mijn schoonmoeder overleed een paar weken ervoor.
Mijn schoonvader ging een paar dagen voor de Tweede Kamerverkiezingen in november 2023 dood.
Zij zou bij het kijken naar het journaal uit haar vel zijn gesprongen bij de berichten over wat zich in en rond Oekraïne voltrok na de Russische inval. Die onmacht is haar bespaard gebleven.
En hij zou als rechtgeaard sociaaldemocraat met stomheid zijn geslagen over de verkiezingsuitslag toen. En over de taferelen die zich sindsdien voltrekken in Den Haag. Dat is hem bespaard gebleven.
Hoe ze daarna de mondiale rampspoed zouden hebben ervaren, daarvan kan ik me nauwelijks een voorstelling maken. Wíl ik me geen voorstelling maken.
De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat mijn schoonvader in zijn laatste levensjaren af en toe liet vallen dat hij het niet erg vond dat zijn einde niet lang meer op zich zou laten wachten. Hij was een veellezer en wat hij las over politiek en over de geschiedenis die zich niet herhaalt maar wel rijmt, stemde hem somber. Hij had met ons en met zijn kleinkinderen te doen. Wij moesten nog even voort hier.
De meest recente aflevering in het al langer lopende verhaal ‘Dit alles’ is dat mijn vrouw en ik het vandaag hebben over de aanschaf van een noodradio. Door de alledaagse toon van ons gesprek lijkt het alsof we de aankoop van een nieuwe tuinstoel of een koffiemachine bespreken. Om onszelf wakker te schudden stelde ik maar even de metavraag waar ik dit stukje mee begon. Waar zijn we inmiddels beland?
Ik herinner me een pacifistische poster van vroeger. Daarop een foto van een klein meisje dat met een emmertje op het strand in de weer is. ’Stel je voor het wordt oorlog en niemand gaat er naar toe?’, was het bijschrift.
We kunnen die noodradio aanschaffen. Misschien moeten we tegelijkertijd die poster weer van stal halen. Als lichtvoetig tegenwicht tegen de doemscenario’s die nu de boventoon voeren.
Reactie plaatsen
Reacties